De Goorse Guerrilla
Nadat mijn collega-columnisten het de afgelopen twee weken over luchtige bijzaken als het milieu en de Amerikaanse wereldpolitiek hadden, is het deze week tijd voor dé hoofdzaak van het leven: voetbal.
Want wat is er belangrijker dan een voetbalderby? En dan ook eens een echte fijne lokale voetbaloorlog. Morgen is het in de Delden en Goor zover: Rood Zwart tegen Delden en Hector – GFC.
Ik wil het op deze plek hebben over Hector-GFC. Als Real Madrid – Barcelona de bijnaam ‘El Classico’ heeft en Ajax-Feyenoord door het leven gaat als ‘De Klassieker’, dan is Hector-GFC toch op z’n minst de ‘Goorse Guerrilla’.
In heel vroeger dagen was het de klassenstrijd tussen de arbeiders (Hector) en de ‘boordjeskearls’, verwijzend naar de wat hogere rangen en standen waarin de GFC’ers bivakkeerden. Nog altijd is het ‘de greun’n teeg’n de rooi’n’.
Spreek met oudere voetballers die de derby speelden en ze vertellen er vol vuur over. Na een nederlaag moest je door het riool met een zak over je hoofd naar werk of vrienden. En die verhalen zullen alleen nog maar sterker worden.
Tijden veranderen. De rivaliteit op het veld is er nog altijd. Maar buiten de krijtlijnen vloeit het bier rijkelijk en is vreugde of verdriet over de uitslag al gauw verdrongen door alcoholische beneveling.
Ik behoor tot het kamp der groenen. En ik vind dat er in het rooie kamp een gevaarlijke ontwikkeling gaande is. GFC overweegt namelijk sterk om het zondagvoetbal vaarwel te zeggen en over te stappen naar de zaterdag. Maandagavond gaat de kogel door de kerk in een extra ledenvergadering.
Dat is nogal wat na 111 jaar. Het bestuur van de rood-zwarten gelooft dat zaterdagvoetbal de toekomst heeft. De jeugd wil stappen op zaterdagavond en op zondag de roes uitslapen.
Ik moet er niet aan denken dat mijn cluppie dezelfde weg gaat bewandelen. Zondagmiddag, zonnetje op de kruin, het eerste elftal kijken en dan een pilsje in de kantine. Is toch een prettige routine.
Beleven we dit seizoen de laatste edities van de ‘Goorse Guerrilla’? Mocht het zo zijn, en dat had ik nooit van mezelf verwacht, dan ga ik die rooi’n missen. Twee mooie zondagen naar de galemiezen. En ik heb stiekem medelijden als ik een GFC’er op zondagmiddag met de hond of vrouw door het bos zie wandelen.